Кӯҳҳои Фанн дар Тоҷикистон
Tadzjikistan stond lange tijd in de schaduw van grootmachten als China en Rusland, en van invloedrijke buren als Pakistan, Afghanistan en Oezbekistan. Maar wie verder kijkt, ontdekt een ongerept bergparadijs dat lijkt te zijn gemaakt voor avonturiers.
“Klein” is hier slechts een kwestie van perspectief: meer dan de helft van het land rijst op tot boven de 3.000 meter. Tadzjikistan is – na Bhutan en Nepal – het hoogst gelegen land ter wereld. Ongeveer 90% van het grondgebied is bergachtig. Slechts enkele gebieden in het zuiden en verre noorden blijven onder de 1.000 meter.
De hoogste pieken bevinden zich in het oosten van het land, waar toppen tot 7.495 meter reiken. In het noordwesten ligt het spectaculaire Fann-gebergte – een deel van de westelijke Pamir-Alay-keten – met meer dan dertig kristalheldere bergmeren en een dozijn toppen boven de 5.000 meter, geconcentreerd op een relatief klein gebied van slechts 650 km².
Acht dagen lang dompelen we ons onder in dit adembenemende hooggebergtelandschap. Denk aan ruige bergpassen, meren die fonkelen tussen besneeuwde toppen, en stoffige muildierpaden die slingeren door vergeten valleien.
We eindigen onze reis waar we begonnen: in het hart van de Zijderoute, het betoverende Samarkand, met zijn turkooizen koepels, mozaïekbedekte madrassa’s en verhalen uit een tijd waarin karavanen de wereld verbonden.
Voor deze reis naar Tadzjikistan landen we in Tasjkent, de hoofdstad van buurland Oezbekistan. De keuze hiervoor is praktisch: Tasjkent heeft een beter verbonden luchthaven met lagere prijzen dan Doesjanbe. Na een kort bezoek aan de stad reizen we met de hogesnelheidstrein naar Samarkand.
Hoewel Samarkand in Oezbekistan ligt, is de stad historisch en cultureel sterk Tadzjieks van karakter. Veel inwoners spreken Tadzjieks als moedertaal, en de stad – net als het nabijgelegen Bukhara – ademt Perzisch-Tadzjiekse cultuur. Dat zie je terug in de architectuur, literatuur en taal.
Tadzjikistan zelf kent een rijke en complexe geschiedenis. De regio maakte deel uit van opeenvolgende Perzische rijken, waaronder het Achaemenidische en het Sassanidische rijk. Eeuwenlang liep de Zijderoute dwars door het gebied, wat zorgde voor intensieve culturele en economische uitwisseling tussen Oost en West. Alexander de Grote, Dzjengis Khan en andere legendarische figuren hebben hier hun sporen nagelaten.
De islam werd in de 7e eeuw geïntroduceerd en is sindsdien diep verweven met de cultuur en samenleving. In de 19e eeuw kwam het gebied onder controle van het Russische Rijk, en vanaf de jaren twintig werd het onderdeel van de Sovjet-Unie.
Dag 1 (do. 2 juli): Vertrek uit Brussel met Turkish Airlines om 11:25. We landen in Tashkent om 01:00 uur op vrijdag na een tussenlanding in Istanbul. (Hotel ***)
Dag 2 (vr. 3 juli): Aankomst rond 01:00 uur, transfer naar het hotel. Na een laat ontbijt maken we een wandeling door de stad.
Tasjkent telt iets meer dan twee miljoen inwoners en is daarmee de grootste stad in Centraal-Azië. Na de aardbeving in 1966 werd Tasjkent naar typische Sovjet-planologie herbouwd en ingericht: brede lanen, grote imposante gebouwen, groene parken en immense pleinen. Het voormalige Rode Plein van Tasjkent staat nu bekend als het Onafhankelijkheidsplein, gesierd met een reusachtig standbeeld van Amir Timoer (Timur Lenk), na het uiteenvallen van de Sovjet Unie de nieuwe ‘Vader des Vaderlands’. We bezoeken er het plein, enkele metrostations en de Chorsu-bazaar.
Rond 18:00 moeten we terug aan het hotel zijn voor een korte rit naar het station. Om 19:40* nemen we de Afrosiyob HST (Spaanse constructeur Talgo) naar Samarkand. Aankomst om 22:05* (Hotel***)
Dag 3 (za. 4 juli): ’s Morgens worden we opgepikt en volgt er een rit van een 210 km, ongeveer 5 uur, naar Iskanderkul. Na 40 km bereiken we de grens met Tadzjikistan waar we van bus veranderen. Na een korte stop in Panjakent (aan de andere kant van de grens) om wat geld te wisselen volgt er een rit dwars door de bergen en de mooie uitzichten geven een voorproefje van wat ons de komende weken te wachten staat. Het Iskanderkul-meer is een van de mooiste plekken en vernoemd naar Alexander (Iskander) de Grote – die hier langs kwam tijdens zijn expedities in Centraal-Azië. Kul betekent meer, Iskanderkul, het meer van Alexander.
Aan het meer verlaten we het busje en maken we een wandeling langs de westkant van het meer naar het gastenverblijf in Sarytag waar ondertussen onze bagage is aangekomen. (210 km, wandeling 8 km, 270 m↑, 90 m ↓, guesthouse op 2200 m.)
Dag 4 (zo. 5 juli): We verblijven een extra dagje aan het meer van Iskanderkul. Een extra dag om te acclimatiseren aan de hoogte is geen overbodige luxe, aangezien we de volgende 8 dagen hoger dan 2000 m blijven. We maken een wandeling van 12 km in de omliggende bergen. (guesthouse op 2200 m.)
Dag 5 (ma. 6 juli): Na het ontbijt wandelen we naar de plaats waar het busje ons komt ophalen. Deze keer wandelen we langs de zuid en oostkant van het meer en op het hoogste punt hebben we een prachtig zicht op het meer. Na de wandeling wacht ons een rit van een goed uur naar het Alauddin-meer. De rit eindigt in een alpinisten kamp en vanaf daar wandelen we nog enkele kilometers om onze camping aan de oevers van het meer te bereiken ( hoogte 2800m). In de namiddag is er tijd om de omgeving, met verschillende andere meren in de buurt, te verkennen. (wandeling 16km, 660m↑800m↓, ? 56 km, wandeling 3 km, tent op 2800 m)
Dag 6 (di. 7 juli): Als opwarmer maken we vandaag misschien wel de mooiste wandeling van de reis. We laten onze spullen liggen en maken een dagwandeling naar het Mutny meer op 3500m. Echt gemakkelijk is het niet maar met wondermooie berglandschappen en gletchers die het meer voeden. Aan het Mutny meer hebben we uitzicht op de Chimtarga Peak (5.489 m) ( 12 km, 720 m↑720 m↓ tent op 2800 m)
Dag 7 (wo. 8 juli): Vandaag wandelen we van het Alauddinmeer naar het Kulikalon-meer en dit is de zwaarste klim van de tocht. De Alauddin-pas ligt op een hoogte van bijna 3800m. Met de camping op 2800m hoogte bedraagt de klim ongeveer 1000 meter. Dit maakt het een fysiek inspannende wandeling. Het bereiken van de top van de pas beloont ons met een prachtig uitzicht over Kulikalon aan de ene kant en het Alauddin-meer aan de andere kant. De afdaling brengt ons naar het Kulikalon-plateau op een hoogte van 2850 meter. Dit plateau beschikt over meerdere meren en wordt beschouwd als een van de meest adembenemende plekken van Tadzjikistan. Kulikalon is een waar paradijs voor wildkamperen en dat is precies ons plan voor de nacht. We wandelen langs de Dushokha-meren en het Bijonat-meer voordat we aankomen op de camping aan de oever van het Kulisiyokh-meer. ( 9 km, 980 m↑930 m↓ tent op 2833 m)
Dag 8 (do. 9 juli): Vandaag hebben we een relatief gemakkelijke wandelervaring, toch vergeleken met de vorige dag. Vanaf de camping leidt onze route ons over het Kulikalon-plateau om het grootste meer te bezoeken. Het is dit meer dat de naam Kulikalon draagt (wat letterlijk ‘groot meer’ betekent in het tadzjieks). Vervolgens daalt het pad af naar de Urech-vallei. We wandelen door de vallei naar beneden en stappen door tot aan het dorp Artuch waar we overnachten in een homestay. ( 17 km, 590m ↑ 1680m ↓, pension op 1797m)
Dag 9 (vr. 10 juli): In de ochtend wandelen we eerst naar het Chukurak-meer gelegen op een hoogte van 2400 meter. Wie durft kan een verfrissende duik nemen in het meer. Vanaf het Chukurak-meer gaat het pad verder omhoog naar de Guitan-pas op een hoogte van 2650 meter. Daarna daalt het pad terwijl we onze weg vervolgen naar de Archamaidan-vallei. De finish van vandaag is in het dorp Zimtut (1600m), waar we overnachten in een homestay. (13.3 km, 550 m↑ 1190 m↓, pension op 1550 m)
Dag 10 (za. 11 juli): We beginnen de dag met een korte wandeling door de Archamaidan-vallei om het dorp Ghazza (1700m) te bereiken. (5 km, 190 m↑140 m↓)
Vanuit Ghazza gaan we na de lunch een wandeling maken naar Kuli Murghobi en Khushkshuda, 2 meren op 3, 5 km van Ghazza (7,5km 470↑↓) . Het mogelijk om verder naar het Nahang-meer te wandelen (extra 7km 560↑↓). Vroeg in het seizoen is de vallei die naar het Nahang-meer leidt vaak bevolkt met talloze herderkampen. De volledige wandeling naar het Nahang-meer is behoorlijk veeleisend, en optioneel. Diegene die moe zijn van de eerste wandeldagen hebben de keuze om in Ghazza te blijven en te ontspannen. homestay op 1725 m)
Dag 11 (zo. 12 juli): Vanuit Ghazza volgen we de loop van de Archamaidan-rivier terwijl de vallei geleidelijk minder bewoond wordt naarmate we hogerop komen. We blijven wandelen door de vallei totdat we Duoba bereiken, het punt waar de rivieren Sarymat en Archamaidan samenkomen. Vanuit Duoba gaan we de Sarymat-vallei in. We zetten onze tenten op aan de voet van de Tavasangpas op een hoogte van ongeveer 2500 meter. ( 18 km, 900 m↑110 m↓, tent op 2485 m)
Dag 12 (ma 13 juli): In de ochtend beginnen we aan onze klim naar de Tavasangpas. De top van de pas ligt op een hoogte van 3300 meter en biedt een prachtig uitzicht op de omliggende bergen. Onderweg passeren we verschillende locale bergdorpjes. We wandelen naar beneden tot we in de namiddag het Hazorchasma-meer bereiken op 2400 meter. Het Hazorchasma-meer is het zevende meer in de Haft Kul vallei (Zeven Meren). We zetten onze tenten op aan de oever van het meer. ( 16 km, 860 m↑950 m↓, tent op 2419 m)
Dag 13 (di 14 juli): Onze laatste dag van de trekking. We wandelen van de kampingplaats aan het einde van het 7e meer naar het begin van dat meer. Hier hebben we het beginpunt bereikt van de cascade van de meren. Na het genieten van het uitzicht op de omliggende bergen zakken we terug af en wandelen we tot aan het dorp Padrud. Daar zal ons busje ons opwachten en brengen naar het gastenverblijf van deze avond. Het is een mooie, niet zo moeilijke wandeling met prachtige uitzichten op de vallei van de 7 meren. Toch wel een hoogtepunt van deze trek. (14,9 km 580m ↑, 1150m ↓)
Dag 14 (wo 15 juli): Vanuit Padrud rijden we eerst door de Haft-Kul-vallei langs de andere meren naar beneden. We nemen onze tijd om te stoppen voor het maken van foto’s. We verlaten de vallei in het noorden en rijden naar de stad Panjakent, waar we overnachten.
Panjakent of Pandzjakent (Tadzjieks: Панҷакент) is een stad met zo’n 52.300 inwoners in het westen van Tadzjikistan in de provincie Soeghd. De stad ligt aan de Zeravsjan en nabij de grens met Oezbekistan. In de 4e eeuw was Pandzjakent reeds een belangrijke stad van de Sogdiërs aan de zijderoute. Onder de Heftalieten kwam de stad vanaf de 6e eeuw tot bloei. Toen in de 9e eeuw het belang van de steden Samarkand en Buchara toenam, nam dat van Pandzjakent af en vertrokken de inwoners in grote aantallen. In de namiddag beginnen we met het verkennen van de stad. ( 52 km, hotel****)
Dag 15 (do 16 juli): De meer dan 1500 jaar oude archeologische site van het oude Panjakent ligt nabij de hedendaagse stad. Het was een belangrijk knooppunt langs de Grote Zijderoute en toont de overblijfselen van de Sogdische beschaving. De site bestaat uit ruïnes die verspreid liggen over een heuveltop die zich over meerdere kilometers uitstrekt. In de voormiddag gaan we met gids oud-Panjakent bezoeken.
Na de lunch rijden we verder naar de grens met Oezbekistan, maar voor we de grens terug oversteken bezoeken we nog de archeologische site en het museum van Sarazm met gids.
Hierna volgt een korte wandeling met onze bagage door het niemandsland. Aan de grens in Oezbekistan wacht een busje dat ons naar Samarkand brengt, waar we 3 nachten blijven. Aankomst in de late namiddag. ( 62 km, hotel***)
Dag 16 (vr. 17 juli): In Samarkand bevinden zich verscheidene parels uit de Islamitische architectuur. De stad werd door UNESCO tot werelderfgoed verklaard.
Samarkand werd in de 14e eeuw v. Chr. in de vruchtbare aarde van Serafšān (Zeravsjan) als oase-stad gesticht en is van dezelfde leeftijd als de stad Babylon of Rome. Het is een van de steden op de zijderoute tussen het Midden-Oosten en China, en dankt daar grotendeels ook zijn welvaart aan. Ze is getuige geweest van de veroveringen van Alexander de Grote, de Arabieren, van Genghis-Khan en ten slotte die van Amir Timoer (Timoer Lenk).
We bezoeken vandaag met gids het Mausoleum an Amir Timur, het fantastische Registan en Bibi-Khanum. (hotel***)
Dag 17 (za 18 juli): Deze laatste dag gaan we o.a. het Afrasiab-museum van Samarkand, gelegen naast de archeologische vindplaats bezoeken. Afrasiab, het oudste deel en de ruïne van de oude en middeleeuwse stad Samarkand lag om defensieve redenen op hoge grond, ten zuiden van een riviervallei en ten noorden van een groot vruchtbaar gebied dat nu een deel is van de stad Samarkand. Afrasiab was bewoond vanaf c. 500 voor Christus tot 1220 na Christus voorafgaand aan de Mongoolse invasie in de 13e eeuw. Tegenwoordig is het een heuvelachtige grasheuvel in de buurt van de Bibi Khanaum-moskee. Opgravingen hebben de nu beroemde Afrasiab-fresco’s blootgelegd die zijn tentoongesteld. Daarna zetten we het bezoek aan Samarkand verder, met o.a. het mausoleum Shah-i Zidan en het Ulugh Beg-observatorium. ( hotel***)
Dag 18 (zon 19 juli): Onze vlucht vanuit Samarkand naar Istanbul en Brussel vertrekt om 09:00. Aankomst in Brussel is voorzien om 17:30.